PADDENSTOELEN

Waarschuwing!

Probeer nooit een paddenstoel, waarvan u niet 100 procent zeker bent of deze eetbaar is. Paddenstoelen kunnen erg giftig zijn.


WAT TE DOEN BIJ VERGIFTIGING DOOR PADDENSTOELEN?

Verschijnselen:

Wanneer je een giftige paddenstoel hebt gegeten, kun je binnen 6 tot 24 uur flinke maagpijn of maagkrampen krijgen en sterke, waterige diarree. Deze verschijnselen treden meestal als eerste op, hetgeen niet wil zeggen dat het allemaal over is als dit stopt. Soms kan dit alleen nog maar het begin zijn van een gevaarlijke paddenstoelvergiftiging. In dit soort gevallen is het belangrijk zo snel mogelijk medische hulp te zoeken door naar je huisarts te gaan of naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis. Sommige paddenstoelen veroorzaken spijsverterings-stoornissen (o.a. gordijnzwammen). Andere tasten het zenuwstelsel (o.a. vezelkoppen) of op den duur de lever en nieren aan (knol-amanieten). Van sommige giftige paddenstoelen kun je gevoelens van onrust, angst of verwardheid ervaren die soms zelfs gepaard gaan met hallucinatie c.q. hallucinerende effecten. Tevens kunnen er na het eten van bepaalde giftige paddenstoelen allerlei allergische reacties optreden.


WELKE MAATREGELEN NEEM JE BIJ VERGIFTIGING?

Maatregelen:

Raadpleeg direct een huisarts of ga naar spoedeisende hulp van een ziekenhuis en neem eventuele resten van de paddenstoel, een paddenstoelenmaaltijd, braaksel en dergelijke mee. Je kunt voor de zekerheid beter voor niets gaan (bij een niet al te giftige paddenstoel) dan in een later stadium, als er wel sprake blijkt te zijn van ernstige vergiftigingsverschijnselen.

Treden er direct na de maaltijd c.q. het eten van paddenstoelen verschijnselen op, dan kan in afwachting van de dokter of de gang naar de eerste hulp of komst van de ambulance, alvast braken worden opgewekt (b.v. vinger in de keel of braakmiddel), waarna aansluitend dierlijke koolstoftabletten, bijvoorbeeld Norit  kunnen worden gegeven, die wellicht al een gedeelte van het gif absorberen.

Treden de ziekteverschijnselen pas uren later op, dan heeft braken geen zin meer en geef je alleen dierlijke koolstof of een laxeermiddel. Laat het voor de zekerheid in alle gevallen door een medisch deskundige beoordelen!


OESTERZWAM
Pleurotus ostreatus

Vindplaats: stammen van loofbomen

Eetbaar: ja (jonge plant)

Groeitijd:  in het najaar

BRAAKRUSSULA
Russula emetica

Vindplaats: loof- en naaldbossen

Eetbaar: nee, veroorzaakt braken

Groeitijd: van juli tot oktober

ZWAVELKOPJE
Hypholoma

Vindplaats: op loof- en naaldhoutstronken

Eetbaar:  nee, zeer giftig

Groeitijd: het gehele jaar

ORANJEGROENE MELKZWAM

Lactarius deliciosus

Vindplaats: in dennenbossen op niet te zure grond

Eetbaar: ja, smakelijk

Groeitijd: van juli tot oktober

GROENE KNOLAMANIET

Amanita phalloides

Vindplaats: loof- en eikenbossen en duinbossen

Eetbaar: nee, dodelijk giftig

Groeitijd: van juli tot oktober

GELE STEKELZWAM

Hydnum repandum

Vindplaats: loofbossen, vaak in heksenkring onder beuken

Eetbaar: ja

Groeitijd: van oktober tot november

GROTE PARASOLZWAM

Lepiota procera

Vindplaats: lichte bossen, bosweide, parken, tuinen en op grazige plaatsen in de duinen

Eetbaar: ja (jonge plant), zoet en pittig

Groeitijd: in de nazomer en herfst

VLIEGENZWAM

Amanita muscaria

Vindplaats: Zeer algemeen, vooral op zure grond onder of bij berken of dennen

Eetbaar: nee, zeer giftig

Groeitijd: oktober

WEIDECHAMPIGNON
Amanita muscaria

Vindplaats: Vrij algemeen, op schraal grasland, op dijken en in duinen

Eetbaar: ja

Groeitijd: nazomer en herfst

GESCHUBDE INKTZWAM

Amanita muscaria

Vindplaats: op grazige en voedselrijke plaatsen en op opgebrachte of aangespoten gronden en oude vuilnisbelten

Eetbaar: ja, direct na plukken. Na verkleuring of vervloeiing niet eetbaar

Groeitijd: vanaf mei

HANEKAM OF CANTHAREL
Cantharellus cibarius

Vindplaats: Algemeen in loof- en naaldbossen

Eetbaar: ja

Groeitijd: van juni tot november

Groeitijd: van juni tot november

EEKHOORNTJESBROOD
Boletus edulis

Vindplaats: zeer algemeen in loof- en naaldbossen, langs wegen en parken

Eetbaar: ja

Groeitijd: in de zomer

GROTE STINKZWAM

Phallus impudicus

Vindplaats: Algemeen op humusrijke gronden

Eetbaar: ja (jonge plant), maar alleen de steel

Groeitijd: van mei tot november

STUIFZWAM
Lycoperdon

Vindplaats: op grazige en zandige plaatsen, op heide of in loof- en naaldbossen en duinen

Eetbaar: nee

Groetijd: van juli tot oktober 

REUZENBOVIST

Langermannia gigantea

Vindplaats: in lichte bossen, parken, tuinen en weilanden, bij voorkeur op mestrijke grond

Eetbaar: ja (jonge plant)

Groeitijd: van juli tot september